Dit recept is voor de gevorderde bakker, vanwege het maken van eigen brooddeeg. Alles staat stap voor stap beschreven.
Voor het deeg
500 g Amerikaanse patentbloem (of gewone bloem)
350 – 400 g water (lauw)
10 g droge gist
15 g zout
30 g olijfolie
Voor de topping
Verse olijven naar keuze
Cherry tomaten
3 el groene pesto
Verse rozemarijn
1 Rode uit
1 bol burrata
6 tot 8 plakjes rauwe ham (bijvoorbeeld serrano)
Handje rucola
olijfolie
Bereiding
Eerst een klein stukje uitleg over het kneden van brooddeeg: Voor een ideaal brooddeeg op basis van tarwebloem/meel moet je uiteindelijk uitkomen op een deegtemperatuur (na het kneden) van 27 graden. Ik adviseer je dan ook om een digitale kernthermometer in huis te halen als je regelmatig brood bakt. Hieronder geef ik je een formule, zodat je weet hoe warm je water moet zijn wat je toevoegt.
Neem 2 x de gewenste deegtemperatuur (2 x 27 = 54 graden). Vervolgens haal je daar de temperatuur van je bloem vanaf (18 graden bijvoorbeeld, kamertemperatuur). 54 – 18 = 36 graden. Kneden betekend 5 graden oploop in temperatuur. Kneden betekend 5 graden oploop in temperatuur. Ook die trek je in dit geval van de 36 graden af. Je komt dan op 31 graden. De temperatuur van je water zou dus 31 graden moeten zijn. Als je deeg is afgekneedt zou je een deegtemperatuur van 27 graden moeten hebben. Is je deeg nog te koud? Dan moet je dus langer doorkneden.
Doe de bloem met de gist en ongeveer 80 % van het water in de kom van je keukenmachine. Begin met kneden met de kneedhaak. Als het in het begin wat lastig gaat omdat het deeg nog onsamenhangend is, mag je de eerste 5 minuten ook de vlinder gebruiken.
Voeg als alles gemengd is het zout pas toe. Dit doen we omdat het zout niet direct in contact met de gist mag komen. De gist verliest hierdoor zijn werking. Als het deeg na 10 minuten ongeveer al goed vorm begint te krijgen, kun je beginnen met het toevoegen van het restant aan water. Onthoud: water is je beste broodverbeteraar. Hoe meer vocht op een deeg, hoe luchtiger en malser je brood uiteindelijk zal zijn. Hoeveel water op de gram nauwkeurig je nodig hebt is moeilijk te zeggen. Dat is afhankelijk van hoeveel eiwitten je bloem bevat en kan elke keer iets anders zijn. Let wel; deeg voor focaccia is erg slap. Houd daar rekening mee.
Blijf na het toevoegen van het laatste water goed doorkneden tot het deeg loslaat van de kom en je een deegtemperatuur van 27 °C hebt bereikt. Draai als laatste de olie door het deeg heen. Vet je aanrecht in met olie en vet je handen ook heel goed in. Neem het deeg uit de kom en maak een strakke bol van het deeg. Door je handen en je werkblad goed vet te houden voorkom je dat het deeg gaat plakken.
Leg het deeg in een ingevette bak/kom en laat het een half uur rusten. Breng het deeg daarna opnieuw op spanning. Doe dit door het deeg weer een paar keer naar onderen te vouwen. Laat weer een half uur rusten en herhaal deze stap dan. Laat het deeg nu rijzen tot het in volume minimaal is verdubbeld. Eventueel kun je hier heel goed de rijsfunctie van de chef patissier voor gebruiken! Dek de kom wel af met plastic folie. Geen warme en vochtige plek in huis? Eventueel kun je ook een rijskast van je oven maken door een steelpannetje met kokend water onderin je oven te zetten. Zet het deeg in de oven (oven uit!) en sluit de deur. Het vocht en de warmte zorgt voor ideale omstandigheden voor het rijzen van het deeg.
Bekleed een baplaat met bakpapier. Leg het deeg in een vierkant/rechthoek op de plaat en laat wederom rijzen.
Verwarm de oven voor op 220 °C (hete lucht). Druk met je vingers enkele kuiltjes in het deeg. Druppel wat olijfolie over de focaccia. Verdeel vervolgens wat halve cherrytomaten, een paar theelepels pesto, rode ui ringen, verse olijven en verse rozemarijn over de focaccia. Bak de focaccia in ongeveer 25 minuten af. Smeer een bol burrata grof uit over de focaccia en verdeel er vervolgens je favoriete rauwe ham over. Eet smakelijk!